Rik ging de uitdaging aan: de Amstel Gold Race op een Santos Race Lite

150 km. 2000 hoogtemeters. 16 beklimmingen.
Na maandenlang gravellen door Europa op zijn Cross Lite, begon Santos Rijder Rik aan een nieuwe baan én een nieuwe uitdaging. Samen met zijn collega’s stond hij aan de start van de Amstel Gold Race. Voor deze bijzondere tocht verruilde hij tijdelijk zijn vertrouwde gravelbike voor de lichtste en snelste Santos: de Race Lite. Een sterke en veelzijdige fiets, waar je stevig op kunt doorrijden. Hoe dat afliep? Je leest het hieronder.
Rik van der Woerdt Santos Race Lite
Nadat ik mijn "rondje" Europa had afgerond, vond ik een nieuwe baan. Mijn nieuwe werkgever is sponsor van een wielerploeg die meedoet aan de Amstel Gold Race. Elk jaar krijgen medewerkers de gelegenheid om vanuit het werk de toereditie te fietsen en enkele collega’s hadden mij vrij snel overgehaald om mee te doen. Hoewel ik niet vies ben van wat ambitie, koos ik voor de middenafstand: 150 kilometer gecombineerd met 2000 hoogtemeters. Sinds mijn terugkomst had ik zeker nog veel gefietst. Maar bij het intreden van de herfst en later de winter was het aantal fietskilometers toch aanzienlijk afgenomen. Na de tegenwind in de Sahara en de sneeuw in Noord-Spanje, had ik mij voorgenomen om nooit meer voor de lol in de kou of met tegenwind te fietsen. Om toch enigszins mijn vorm te behouden, besloot ik voor een indoortrainer te kiezen. Ik bleek na bestelling niet de enige met dat idee en moest twee maanden wachten voordat ik daadwerkelijk op zolder mijn conditie kon gaan onderhouden en opbouwen.
Om mij goed te wapenen tegen de heuvels in Limburg, onderzocht ik verschillende mogelijkheden om gewicht te besparen. De eenvoudigste manier was om van fiets te wisselen. Na overleg met Santos kon ik voor de gelegenheid gebruikmaken van een Santos Race Lite. Dunnere banden, een carbon voorvork en een algeheel lager gewicht moeten mij sneller het parcours over helpen.
En zo fiets ik drie weken voor de Amstel Gold Race een eerste rondje op de Race Lite. Ik kies voor een rondje Ilpendam en 't Twiske. Bij thuiskomst synchroniseer ik met Strava en ontvang meerdere meldingen van persoonlijke records — de gewichtsbesparing heeft het gewenste resultaat. Niet dat het mijn doel is om zo snel mogelijk te zijn, maar ik wil het mijzelf ook niet onnodig moeilijk maken als ik met mijn collega’s en hun carbon racefietsen onderweg ben.
De dag voor de rit vertrek ik naar het zuiden, samen met een collega en twee fietsen achterop de auto. We overnachten in Kerkrade zodat we de volgende ochtend tijdig aan de start kunnen verschijnen. Na een wat onrustige nacht vertrekken we om 07:00 uur richting Valkenburg en rijden we via de Cauberg naar de parkeerplaats en het ontbijt. Benieuwd hoe we aan het einde van de dag diezelfde berg opfietsen als de finish in zicht is.
Met gevulde magen en de startnummers aan de fietsen bevestigd vertrekken we richting de start — maar eerst de Cauberg nog afdalen. De sticker op de top tube toont wat ons te wachten staat vandaag: zestien beklimmingen met gemiddelde stijgingspercentages variërend van 3,4 tot 11,7 procent. Drie kilometer na de start is de Geulhemmerberg met gemiddeld 6% de eerste klim. De benen voelen goed en we gaan moedig voorwaarts.
Na vijftig kilometer en de eerste vier beklimmingen volgt de eerste verzorgingspost, met technische ondersteuning maar vooral veel eten. Technisch gaat alles goed, maar qua eten is er genoeg bij te vullen om naar de volgende stop te fietsen. Die volgende stop bevindt zich op 86 kilometer, net voorbij het Drielandenpunt en over de top van de Vaalserberg. Aangevuld met meer repen en water dalen we daarna de Vaalserberg af richting de Gemmenicherweg.
Bij het beklimmen van de Kruisberg en de Eyserbosweg, bij kilometer 104 en 106, kom ik tot de conclusie dat ik bij de laatste stop onvoldoende heb gegeten. Alles voelt zwaar en waar ik eerder nog anderen voorbijging, word ik nu alleen maar ingehaald. Leeg en hangry kom ik aan bij de laatste post, waar mijn collega’s mij opwachten.
Met een flinke hoeveelheid repen, Haribo en andere brandstof voel ik mij gesterkt voor de laatste 25 kilometer en vier laatste klimmen, inclusief de Keutenberg en de Cauberg. De afdalingen en vlakke stukken gebruik ik om de voedselreserves naar binnen te werken, en met de aanmoedigingen van toeschouwers stoemp ik de Keutenberg op.
Vier kilometer voor de finish volgt dan de Cauberg. De sfeer, samen met de laatste Haribo, maken relatief licht werk van de beklimming. Met een laatste sprint naar de finish volgt dan de voldoening en ontlading. Na de finish nemen we onze medaille in ontvangst en bespreken we met nog meer eten en een koud drankje de rit na, terwijl we andere finishers toejuichen.
Tijdens de rit naar huis volgt een eerste reflectie. Ik kijk terug op een mooie en uitdagende dag en een onvergetelijke ervaring — maar geef toch de voorkeur aan gravellen. Mét mijn eigen Cross Lite. Next stop: Schotland!